BRUSSEL – De bevolking ten zuiden van de Sahara in Afrika zal in de komende decennia nog sterk stijgen. “In de DR Congo is er een actieve bevolking van 53 miljoen mensen”, zegt Loïc De Cannière, algemeen directeur van de investeringsmaatschappij Incofin. “Tegen 2050 zal dat aantal groeien naar 125 miljoen. Ieder jaar komen er in Congo 3 miljoen jongeren bij die werk zoeken. Een flinke uitdaging. De mijnbouw kan helpen om jobs te creëren voor die mensen.”
De Cannière was onlangs één van de sprekers op een speciale avond in het teken van de DR Congo en het investeringspotentieel daar. Een avond in de omgeving van Brussel die werd georganiseerd door advocaat Yves Brosens (KMK Africa).
In de toekomst zal de vraag naar strategische ertsen als kobalt, nikkel en lithium nog groeien. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) moedigt landen als Congo aan om zulke ertsen niet alleen maar te exporteren maar om ze ook zelf te gaan verwerken. “Door te verwerken crëer je toegevoegde waarde en werkgelegenheid”, onderstreept Loïc De Cannière, die de auteur is van het boek ‘Afrika: een gedroomde toekomst’ (uitgegeven bij Pelckmans). “Verwerkt bauxiet bijvoorbeeld wordt véél duurder verkocht dan bauxiet in zijn ruwe vorm.”
Entreprise Générale du Cobalt
Gino Buhendwa Ntale, voorzitter van de raad van bestuur van de Congolese Entreprise Générale du Cobalt (ECG), was de centrale gast op de avond in het Brusselse. EGC is in handen van het staatsbedrijf Gécamines (95%) en de Congolese staat (5%).
“België kan ons helpen om onze natuurlijke rijkdommen beter te exploiteren”, denkt Buhendwa, die zelf nauwe banden heeft met ons land. “Wat ik nu ben en doe, is ook te danken aan België”, klinkt het. “België is een natuurlijke bondgenoot. Het is één van de weinige landen die internationaal de kijk van de Congolezen verdedigen.”
‘Goede jobs voor de bevolking’
Buhendwa verwijst naar president Félix Tshisekedi: “Hij wil ECG inzetten om de situatie van de ambachtelijke mijnwerkers, de creuseurs, te verbeteren. Met ons bedrijf kunnen we aan de creuseurs alternatieve activiteiten voorstellen in de agro-voedingsindustrie. ECG wil goede jobs voor de bevolking creëren. De creuseurs moeten zich organiseren in coöperatieven die kredieten kunnen vragen en contracten kunnen afsluiten. Ons bedrijf wil zich ook verbinden aan projecten die helpen om een verwerkende industrie uit te bouwen. Zo praten we bijvoorbeeld over fabrieken om kobalt of tantaal te transformeren. Ter plaatse transformeren is een deel van onze bedrijfsstrategie. We denken ook aan energieprojecten. In essentie mikken we op deals die een win-win voor alle betrokkenen zijn.”
Gewezen ambassadeur Johan Swinnen, ooit op post in Rwanda en Kinshasa, nam ook het woord op de ontmoeting met Belgen en Congolezen. Hij kreeg ooit een bericht van een Congolees over het idee van een ‘retour au Congo’. De Congolees schreef: “De Afrikanen geloven niet langer in een emancipatie die wordt toegekend door Europa. Chinezen, Arabieren en anderen verjagen de Europeanen. Zo evolueren we naar Afrikaanse welvarendheid.”
Nieuwe mentaliteit nodig
Swinnen relativeert: “De meeste Congolezen hebben helemaal géén afkeer tegenover de Belgen. Ze zijn wel teleurgesteld en zien dat Chinezen en anderen in de plaats zijn gekomen. Ik pleit niet zozeer voor een ‘retour au Congo’ maar wel voor samenwerking in een geest van respect, op voet van gelijkheid en in een klimaat van positieve complicité. Er is nood aan een nieuwe mentaliteit om tot een mature relatie te komen. We moeten zoeken naar synergie met de Congolezen en andere partners.”
Volgens de gepensioneerde diplomaat moet er niet alleen over ‘geld’ of ‘business’ worden gepraat. “We moeten ook oog hebben voor waarden en principes zoals de rechten van de mens, de rechtsstaat, goed bestuur, de instellingen, de nood aan vrede en stabiliteit in Oost-Congo.”
Johan Swinnen gelooft ook in de kracht van het Congolese middenveld en van de vele miljoenen jonge Congolezen. “Als zij zich ten volle kunnen manifesteren, zal dat een goede zaak zijn voor Congo.”
Spijtig genoeg zijn er momenteel niet veel Belgische parlementairen meer die Congo goed kennen of er veel interesse voor opbrengen. “Ik hoop dat de interesse weer zal groeien”, stelt Swinnen. Hij vindt ook dat de Nederlandstalige Belgen veel duidelijker (officieel) aanwezig zouden moeten zijn in Congo. Nu is daar geen sprake van. Franstalig België loopt meer in de kijker, in het bijzonder in Kinshasa.
“Ook de universiteiten hebben gedeelde belangen”, merkt de oud-ambassadeur op. “Er is talent en kennis in Congo. Bij de KU Leuven is er een groep mensen die contacten uitbouwt met andere universiteiten in Europa en Afrika. Ook dat kan een extra dynamiek opleveren. In feite hebben we uiteenlopende dynamieken nodig die elkaar kunnen versterken.”
© CongoForum – Denis Bouwen, 23.11.24
Lees meer over de Entreprise Générale du Cobalt: https://www.egcobalt-rdc.com/fr/